Uitgesproken tekst van onze fractievoorzitter Melanie van Driel bij de Algemene Beschouwingen voor de begroting 2020 d.d. 31 oktober 2019

Uitgesproken tekst van onze fractievoorzitter Melanie van Driel bij de Algemene Beschouwingen voor de begroting 2020 d.d. 31 oktober 2019

Geachte aanwezigen, vandaag zijn wij bij elkaar om de begroting, de financiële vertaling van de keuzes van dit college, te bespreken.

Hierbij moeten wij denken aan de woorden van Jean Paul Sartre, één van de belangrijkste filosofen van de 20e eeuw, nobelprijswinnaar voor de literatuur en grondlegger van het existentialisme: ‘een mens verwezenlijkt zichzelf in zijn acties’.

Deze zin vat het existentialisme samen, maar levert voor de politiek ook een belangrijke les op: ‘alleen als politici hun visie om weten te zetten in concrete acties, verwezelijken zij hun ambities’.

Met onze acties kunnen we de wereld om ons heen veranderen, en in dit geval Oegstgeest. En wij hebben altijd duidelijk gemaakt dat Progressief Oegstgeest een partij is met ambitie. Een partij die staat voor een sociaal, duurzaam en open Oegstgeest waar plek is voor iedereen.

Duizenden inwoners hebben laten weten dat ook zij een ambitieus gemeentebestuur willen. Een bestuur dat niet alleen maar op de zaak past, maar de belangrijke beslissingen maakt die dit dorp nodig heeft om beter te worden achtergelaten dan zij is aangetroffen.

Sinds maart 2018 hebben wij – elke dag, elke vergadering, elk overleg – aangestuurd op acties. Wij zijn dan ook blij dat op basis van deze begroting duidelijk wordt dat dit college actie onderneemt op onze belangrijkste opgaven op de korte, maar ook de lange termijn.

Het grootste deel van de extra kosten van deze gemeenten gaat namelijk naar onderwijshuisvesting. Dit is niet alleen een wettelijke verplichting, maar wat ons betreft ook een morele. Het college laat met deze investeringen laat zien dat onderwijs en de generatie van morgen voor deze gemeente belangrijk zijn.

Bij scholen is ook de duurzaamheid van de gebouwen belangrijk, aangezien we Oegstgeest klimaatbestendig willen maken. We blijven kritisch op de budgetten in concreto, maar buiten kijf staat dat deze investeringen bouwen aan het Oegstgeest van morgen.

In dit kader van de jeugd stellen wij in additie een motie voor om de toekomst van het kinderwerk in Oegstgeest veilig te stellen. Ook dienen wij de motie ‘Lachen is natuurlijk gezond’ in. Hierin vragen wij het college om voorlichting over lachgas vorm te geven en te kijken wat we moeten doen aan preventie en handhaving.

Maar Oegstgeest staat voor meer grote opgaven. In het huidige Oegstgeest vragen veel ouders zich af of hun kinderen in de toekomst nog wel genoeg zullen verdienen om hier te mogen wonen. Ook veel jonge gezinnen vallen buiten de boot omdat huizenprijzen zoveel omhoog schieten dat zelfs een klein appartement in Oegstgeest onbetaalbaar wordt.

Veel tijd en ambtelijke capaciteit wordt daarom besteed om Oegstgeest toegankelijk te maken voor starters, middeninkomens en sociale minima. Dit zien we terug in de woningbouwprojecten waar dit college aan werkt. Het belang om op resterende locaties in Oegstgeest in te zetten op deze groepen is enorm, want het Oegstgeest van morgen moet een dorp zijn waar ook deze mensen een woning moeten kunnen vinden.

Daarnaast moet het Oegstgeest van morgen er een zijn waar de gemeente continu in gesprek is met haar inwoners. Daarom wordt geld uitgetrokken voor dorpsgeprekken, participatietrajecten en zijn er budgetten voor inwoners die iets willen veranderen in hun buurt.

We zien deze investeringen nu al terug, bijvoorbeeld in de gebieden rondom het gemeentehuis en kasteel Endegeest, waar met onze inwoners de discussie aan is gegaan. Of denk aan onze Dorpsgesprekken, waarvan de laatste nu juist ging over de visie van onze inwoners op de manier waarop zij met de gemeente in contact staan.

Wat veel partijen zich nog te weinig beseffen is dat een open gemeente er een is die investeringen behoeft. Dit is nodig, zeker bij beslissingen die inwoners in hun dagelijks leven gaan merken. We moeten laten zien dat we hen serieus nemen. Dit blijft een work in progress.

Een laatste voorbeeld van acties die wij terugvinden in deze begroting zijn acties op het gebied van duurzaamheid en natuurbeheer. Momenteel wordt gewerkt aan concrete locaties voor de 250 extra te planten bomen uit ons coalitieakkoord.

Als leading actor besteedt onze wethouder tijd om VvE’s, woningcorporaties, netbeheerders, scholen en individuele inwoners mee te nemen bij de verduurzamingsopgave. De duurzaamheidsbudgetten zijn nog nooit zo hoog geweest in Oegstgeest.

Ons dorp zal door huidige investeringen in staat zijn om meer energie te halen uit duurzame bronnen, met extreme weersomstandigheden om te gaan en de afvalberg te verkleinen.

Zeker het verkleinen van de afvalberg, het hergebruiken van ons restafval en het aanpassen van onze rioolsystemen aan veranderende weersomstandigheden zijn zaken die veel geld vereisen. Geld voor het materieel, de vernieuwingen en het personeel om deze uit te voeren.

Momenteel lopen de afvalstoffenheffing en rioolheffing op, deels vanwege beleid van het rijk, deels door autonome ontwikkelingen. Vernieuwing is nodig om de kosten beheersbaar te houden.

Deze investeringen voorkomen nog hogere lasten voor inwoners op de langere termijn. Om bij te dragen aan deze doelstelling dienen wij bij deze begroting een motie genaamd ‘Ecoglazen’ in, waardoor onze gemeente op festiviteiten gebruik gaat maken van herbruikbare glazen.

Al met al zien wij een college dat aan het werk is. De bovengenoemde voorbeelden zijn slechts een selectie uit de vele vraagstukken waar onze gemeente voor staat, maar laten goed zien dat dit een college is met ambitie. Een college dat uitdagingen oppakt die voorliggen. Een college dat niet slechts op de zaak past, maar actief werkt aan de transformatie van Oegstgeest.

En werk vereist nu eenmaal geld. Een van de redenen dat sommige dingen – bijvoorbeeld onderhoud van diverse bruggen – nu zoveel kosten, is omdat eerdere colleges niet hebben gehandeld, maar opgaven voor zich uit hebben geschoven.

Ik hoef u niet uit te leggen dat we geen scholen kunnen neerzetten zonder extra geld bij te lenen. Dat we ons afvalsysteem niet beter kunnen inrichten zonder er geld in te investeren, geen nieuwe bomen kunnen planten zonder de leveranciers te betalen, de bibliotheek niet open kunnen houden zonder er middelen beschikbaar voor te stellen.

En we moeten hier eerlijk over zijn. Als ik in de begrotingskrant de reacties van de oppositie lees op deze begroting, dan moet ik denken aan iets dat onze professor statistiek aan de Universiteit van Amsterdam altijd zei tijdens zijn colleges:

‘Het is heel makkelijk om een theorie onderuit te halen, een systeem van kritiek te voorzien of te zeggen dat een plan niet perfect is.’

De zin die volgde is mij altijd bij gebleven:

‘Het is echter niets waard als je geen verbeterde theorie, systematiek of plannen kunt neerleggen ter vervanging van hetgeen je met je kritiek onderuit probeerde te halen.’

De oppositie komt niet met alternatieven. Eerder niet reëel geachte opties, voorstellen waardoor we nog meer moeten uitgeven, het verhogen van belastingen voor hobbyprojectjes… daar gaan we het niet voor doen.

Het verder verhogen van de lasten van onze inwoners die binnen deze begroting al omhoog gaan, zien wij ook niet als optie.

Het is vanavond Halloween. Mogelijk was de oppositie zo bezig met de voorbereidingen dat zij overal spoken zijn gaan zien, zonder te beseffen dat deze begroting een heel logisch gevolg is van beleid in het verleden, en opgaven voor de toekomst.

Uitstellen, dat is geen werk. Uitstellen legt een zware last op toekomstige bestuurders, toekomstige generaties, de toekomst van ons dorp.

Als er iets is dat onze partij wil, dan is het een gemeentebestuur dat bereid is het werk te verrichten en te investeren in een gemeente waar daadwerkelijk iets wordt bereikt voor onze inwoners. Dingen die zij in hun dagelijks leven gaan merken. Dingen die Oegstgeest op korte termijn geld kosten, maar ons dorp klaar maken voor de toekomst. Dat mag best wat waard zijn.